Terwijl u dit leest zijn wij onderweg naar huis. Na 3 weken in Noorwegen te hebben gezeten is het einde van de vakantie helaas aangebroken. Maar uit ervaring weet ik dat ik nu wel heel benieuwd ben naar hoe het met de tuin gesteld is. Hoe het in Noorwegen was zal u hier ongetwijfeld binnenkort kunnen lezen. Maar nu laat ik alvast zien welke reisliteratuur ik mee had. Allereerst het boek Hummelo van Oudolf. Ik heb me voor de reis al niet kunnen bedwingen en was er al in beginnen lezen. Ik was meteen verkocht! Samenvatting
De tuin en voormalige kwekerij van Piet en Anja Oudolf in het Gelderse Hummelo zijn een begrip, en haast een bedevaartsoord voor de vele internationale bewonderaars van de tuin- en landschapsontwerper. De combinatie van kwekerij en tuin vormt de basis van de ongeëvenaarde plantenkennis van Oudolf en zijn vermogen tot experiment en vernieuwing. Kennis en ervaring die hij toepast in zijn wereldberoemde projecten, zoals de High Line in New York en de zojuist geopende Oudolf Field bij de Gallery van Hauser & Wirth in Somerset. Dit boek beschrijft de weg van Piet Oudolf naar wereldfaam aan de hand van de tuin en voormalige kwekerij die hij samen met zijn vrouw Anja heeft aangelegd. ‘Oudolf | Hummelo’ is geschreven door Noel Kingsbury, journalist en tuinontwerper. Hij geeft regelmatig lezingen en workshops en breekt in zijn werk een lans voor een natuurlijke en duurzame benadering van tuinontwerpen en beplanten. Hij is al twintig jaar bevriend met Piet en Anja Oudolf. Dit is het vijfde boek dat zij samen hebben geschreven. ‘Je kijkt naar beplanting en het gaat dieper dan wat je ziet. Het zit in onze genen – natuur of het verlangen naar de natuur. Een tuin laten vervallen raakt aan een menselijke behoefte. Je accepteert de dood. Je haalt de planten niet weg als ze er nog goed uitzien. Bruin is tenslotte ook een kleur.’ Piet Oudolf in The New York Times
Maar ook dit boek heb ik meegenomen; Samenvatting
Dave Goulson verlangt ernaar een stuk grond te bezitten dat hij naar believen kan beheren, alsof het zijn eigen natuurreservaat is. Zijn oog valt op een vervallen huis in het Franse dorp Epenède, in de Charente. Hij richt het zo in dat het een paradijs wordt voor alle insecten en kleine dieren die in en om het huis leven. In Geroezemoes in het gras leidt hij ons daar rond. Op hartverwarmende wijze vertelt hij hoe een doodskloppertje zijn partner vindt, wat de rol van een gewone huisvlieg is, waarom vlinders stippen op hun vleugels hebben en hoe waterjuffers de liefde bedrijven. Goulson laat zien hoe prachtig de natuur in al haar verschijningsvormen is, maar ook hoe kwetsbaar. Na het lezen van dit boek kijk je met nieuwe aandacht naar de natuur om je heen en koester je meer dan ooit wat er allemaal bloeit en groeit.
Bijna thuis
6