Tomaten uit eigen tuin smaken wel 10 keer lekkerder dan diegene die je in de winkel koopt en daarom zijn ze bij vele moestuiniers dan ook de toppers uit eigen moestuin.  Niet dat ik al zoveel ervaring heb, maar omdat men erachter vroeg zet ik hier even ’t een en ’t ander op een rijtje.  Misschien hebt u er wat aan en anders mag u mij altijd wat extra tips geven of zachtjes influisteren welke uw favoriete soorten zijn zodat ik die volgend jaar ook in mijn serre kan zetten.  Voor dit jaar is het al te laat want ze staat al knal vol!  
Opkweek;  Er zijn zoveel verschillende soorten met telkens weer andere smaken en texturen en daarom is het leuk om ze zelf te zaaien.  Dit doe je in maart.  Veel heb je daar niet voor nodig; een potje met wat aarde, een lichte en warme plaats en een beetje geduld.  Zaai je veel tomaten dan is een zaai-tray erg handig maar eigenlijk kan het in ieder welk potje, als er nog een deksel op kan dan heb je je eigen serre in het klein.  Als de zaailingen ontkiemd zijn en 2 blaadjes hebben moet je ze verspenen zodat ze elk in een apart potje verder kunnen groeien.  Half mei kunnen je tomaten naar buiten.  Bedenk wel dat tomaten niet graag in de regen staan, een serre of minstens een afdakje is ideaal.
Soorten; Het is altijd leuk om verschillende soorten te zetten, dat ziet er niet alleen leuker uit, je krijgt ook een enorme smaakvariatie.  Vorig jaar kocht ik volgende soorten bij de nieuwe tuin; olijftomaatjes, kerstomaten-mix, barrao-mix, amish salad en moneymaker. Die werden nog aangevuld  met gekregen zaad van Mawlenowe, Copper River, Summertime Gold, Dwarf Kelly Green, Carie Claxon, Red Butter Heart, Spudatula Black, Robson Angolan en Norcarolina Pink en Prue.  En dan kreeg ik ook nog van iemand anders zaad van de Roma-tomaat en van een Turkse tomaat die daar sterk op zou gelijken.
Bodem en bemesting;  Tomaten doen het altijd goed en groeien erg snel, zowel onder als boven de grond.  Een goede bodembewerking en wat extra stalmest met stro in de winter onder werken maakt de grond lekker los en luchtig en terug voedzaam.
Plantafstand:  Mijn serre is  6 op 6 meter.  Ik maakte 12 bedden met daarin een geultje; op die manier is het handig water geven.  
Tussen de bedden kan je staan; eens zo handig voor verzorging, binden, dieven en oogsten.  De rij-afstand is zo’n 55-60 centimeter, in de rij staan de planten op zo’n 35 centimeter.   Regelmatig dieven en blad verwijderen is nodig anders heb je in no time je eigen tomatenjungle.
Oogst;  Om te oogsten moet je voelen, als je de tomaat een beetje kan induwen is hij klaar.  Je plukt tomaten door met je duim op het verdikte stukje van het steeltje te drukken, daar breekt de vrucht dan van het steeltje af.  Een schaartje is ideaal voor de grotere exemplaren.  
Opbinden;   Iedereen heeft zo zijn eigen manier.  Zelf vind ik het onnodig ook hier nog eens veel geld aan uit te geven.  Daarom zocht ik in de schuur van mijn grootvader lange stokken uit, boorde daar een gaatje in en daar komt dan een touwtje in dat naar boven wordt gebonden. Bind de hoofdstengel vast aan de stok, doe dit elke keer wanneer de plant weer is gegroeid. Bind niet te strak.  Als je dan bij het touw bent aangekomen draai je om de paar dagen de stengel rond het touw.
Water geven en luchten;  Tomaten drinken veel water maar kunnen niet tegen een hoge luchtvochtigheid.  Lucht daarom je serre zeker voldoende.  Je kan beter 2 keer per week veel water geven dan elke dag een klein beetje.  Op die manier dwing je de planten om zelf dieper op zoek te gaan naar water.  Wanneer de eerste tomaten beginnen te rijpen geef je best niet te veel water anders heb je kans dat ze barsten.  Op die manier krijg je ook mooie en vol smakende tomaten.
Dieven;  In bijna elke bladoksel vormt de tomatenplant een nieuwe scheut, die worden dieven genoemd.  Deze dieven bestaan aanvankelijk uit een stengel met blad maar als de dief niet verwijderd wordt zal hij zich ontwikkelen tot een grote tak die op zijn beurt ook weer dieven ontwikkelt.  Deze gaan lopen met erg veel water en voedsel en moet je dus tijdig verwijderen.
Bestuiving;  Tomaten zijn zelfbestuivers.  Buiten gebeurt dit dan ook vanzelf maar in een serre kunnen ze wel wat hulp gebruiken.  Geef regelmatig eens een tik tegen de planten of beweeg er zachtjes mee zodat het stuifmeel op de stamper terecht komt.

Zo en dan nu alleen nog duimen voor een rijke oogst!  En hebt u nog geweldige tomaten-tips of favoriete soorten?